HIV is het virus dat de ongeneeslijke ziekte aids kan veroorzaken. HIV wordt ook wel het 'aidsvirus' genoemd. Dit virus is in 1981 ontdekt en sindsdien zijn er wereldwijd al miljoenen mensen aan gestorven. HIV is een seksueel overdaagbare aandoening (SOA) . Er zijn behandelingen mogelijk met HIV-remmers die in veel gevallen in staat zijn om de ziekte aids te voorkomen of uit te stellen. HIV en aids zijn (nog) niet te genezen. Wel is overdracht van HIV te voorkomen.
AIDS Aids staat voor Acquired Immune Deficiency Syndrome, ofwel 'Verworven Deficiëntie Syndroom. Dit houdt in dat het afweersysteem van de mens niet meer goed functioneert. Normaal gesproken houdt het afweersysteem infecties tegen. Bij een infectie met een virus maakt je lichaam antistoffen aan, die de infectie om zeep helpt. Het aidsvirus is echter zo hardnekkig, dat het lichaam daar niet in slaagt. Het aidsvirus doet zijn verwoestende werk en breekt het afweersysteem af. Het gevolg hiervan zijn infecties. Als iemand daar heel veel last van heeft, dan krijgt hij de diagnose AIDS.
Hoe kan je HIV oplopen Het virus bevindt zich onder andere in bloed, vaginaal vocht, sperma, voorvocht en moedermelk. Er bestaat geen enkel risico in de dagelijkse omgang met seropositieve mensen. De kans op infectie bestaat wel bij onveilige handelingen met bloed, sperma, vaginaal vocht en voorvocht. Handelingen die onveilig zijn:
- onveilig seksueel contact:
- vaginale geslachtsgemeenschap zonder condoom. (ook zonder klaarkomen is de kans op HIV besmetting aanwezig);
- anale seks zonder condoom;
- orale seks, waarbij sperma of menstruatiebloed in de mond komt;
- onderling gebruik van seksattributen, zonder deze tussendoor schoon te maken.
- het gebruik van onveilige bloedproducten - De kans om aids te krijgen door een bloedtransfusie is in Nederland vrijwel uitgesloten. Sinds juli 1985 worden alle bloeddonaties door testen gecontroleerd op antistoffen tegen HIV. Besmet bloed dat deze antistoffen bevat, wordt niet gebruikt.
bloedtransfusies met besmet bloed - inspuiten met eerder gebruikte naalden bij drugsgebruik
- overdracht van een seropositieve moeder op het kind - In Nederland worden zwangere vrouwen getest op hiv. Vrouwen met hiv worden behandeld zodat hun baby geen hiv krijgt. En de baby's krijgen geen borstvoeding. Door deze aanpak hebben in Nederland maar weinig baby's hiv.
De behandeling
De standaard behandeling van HIV bestaat uit 3 of 4 verschillende HIV-remmers. Deze dienen 1 of 2 maal per dag te worden ingenomen. Dit hangt af van het ziektebeeld. Er bestaan momenteel zwangerschapsvriendelijke HIV-remmers met het oog op een eventuele toekomstige zwangerschap. Het is extreem belangrijk dat je therapietrouw blijft, zo vergroot je de kans op een goede HIV-remming
- sla het slikken van de remmers niet over;
- niet minder dan voorgeschreven innemen;
- houd je aan de eetvoorschriften;
- slik de remmers op de juiste tijd.
Geschreven voor Babybytes door L. Ward, werkzaam als gecertificeerd intensive care neonataal verpleegkundige.
Zie ook deze informatieartikelen: · Tests voor de zwangerschap · Candida infectie · Chlamydia · Hemoglobine · Hepatitis B · Antistoffen · Rodehond · Toxoplasmose · Vaginale infecties · Waterpokken