Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken. Een duur van 37 tot 42 weken wordt beschouwd als een normale zwangerschapsperiode. Weeën die optreden voor week 37 noemen we ‘vroegtijdig’. Vroegtijdige weeën verhogen het risico op een te vroege bevalling. De baby kan dan onvoldoende voorbereid ter wereld komen en heeft extra medische verzorging nodig. De behandeling van vroegtijdige weeën is gericht op het uitstellen van het tijdstip van de bevalling. De baby komt dan meer volgroeid ter wereld.
Wat zijn vroegtijdige weeën? Vroegtijdige weeën voelen niet anders dan weeën rond de uitgerekende datum. Weeën zijn vaak pijnlijk en treden regelmatig op. Als gevolg van weeën kan verlies van wat bloed, slijm en/of vruchtwater optreden.
- In Nederland wordt 7-8% van alle baby’s te vroeg geboren. Vaak is de oorzaak van vroegtijdige weeën en vroeggeboorte onbekend.
- De kans op een vroegtijdige bevalling is hoger als je al een keer eerder te vroeg bent bevallen.
- Een operatie waarbij de baarmoedermond is verkort, bijvoorbeeld tijdens een conisatie, verhoogt de kans op een vroegtijdige bevalling.
- Andere risicofactoren zijn:
- meerlingzwangerschap;
- een te grote hoeveelheid vruchtwater (polyhydramnion),
- bloedverlies,
- te vroeg breken van de vliezen,
- slappe baarmoedermond (cervixinsufficientie) of
- overige ziekte van de aanstaande moeder.
Behandeling van een dreigende vroeggeboorte De behandeling van een dreigende vroeggeboorte is afhankelijk van de duur van de zwangerschap, je conditie en de conditie van je kind. Ook de mate van ontsluiting is belangrijk voor de wijze van behandelen.
Bedrust Bedrust en behandeling van een eventuele (blaas)ontsteking met antibiotica verminderen vaak al de weeënactiviteit. Lees ook
Bedrust Weeënremmende medicijnen Je arts kan besluiten om je weeënremmende medicijnen te geven wanneer je tussen de 25 en 33 weken zwanger bent.
Corticosteroiden (bijnierschorshormoon) Om de rijping van van de longen van je kind te bevorderen krijg je in combinatie met de weeënremmende medicijnen zogenaamde Corticosteroiden (bijnierschorshormoon). De arts schrijft deze in twee giften voor. De corticosreroiden worden per injectie toegediend. De tweede gift krijg je 24 uur na de eerste gift. Wanneer de corticosteroiden zijn ingewerkt (na 72 uur) wordt over het algemeen de weeënremming afgebouwd.
Wat kan je zelf doenJe houdt zoveel mogelijk bedrust. Je kunt wel zelf naar het toilet gaan en douchen. Wanneer je het gevoel hebt dat de weeën veranderen, frequenter komen en/of pijnlijker worden, of als je kind minder beweegt dan wat je gewend was, dan is het belangrijk dat je dit meldt aan de verpleegkundige.
Als de bevalling niet doorzet Wanneer de weeënactiviteit afneemt of zelfs stopt is bedrust niet meer noodzakelijk en kun je geleidelijk aan weer gewoon rondlopen. Als dit goed gaat en de weeënactiviteit niet opnieuw toeneemt, mag je na enkele dagen weer naar huis. Het advies is wel om thuis nog zoveel mogelijk rust te houden. Pas als blijkt dat er geen weeënactiviteit optreedt, pak je vervolgens je dagelijkse activiteiten weer op. Er is dan ook geen bezwaar meer tegen vrijen en eventuele werkhervatting. Terugverwijzing naar je verloskundige of huisarts is mogelijk, als je daar eerder onder controle was.
Als de bevalling doorzetDe geboorte van kinderen jonger dan 32 weken zwangerschap vindt doorgaans plaats in een ziekenhuis met een neonatale intensive care afdeling (NICU). Vanaf 32 weken is die noodzaak over het algemeen minder. Een premature baby kan meestal op de natuurlijke manier geboren worden. Omdat een te vroeg geboren baby minder reserves heeft dan een voldragen baby, bewaakt het ziekenhuis de hartslag van je kind tijdens de bevalling door middel van een CTG. Doorgaans is er een kinderarts bij de bevalling aanwezig. Afhankelijk van de zwangerschapsduur en de conditie van je kind neemt de kinderarts je kind na de geboorte mee naar de babykamer voor de eerste opvang. Wanneer je kind stabiel is om naar de NICU gebracht te worden zal de kinderarts eerst nog even met je kind, in de transportcouveuse, bij je langskomen. Indien je kind op de NICU is opgenomen kun je de eerste zes dagen na je bevalling op de kraamafdeling opgenomen blijven. Als het medisch verantwoord is ga je daarna met ontslag. Te vroeg geboren kinderen blijven over het algemeen langer op de NICU opgenomen.
Bron: AMC Amsterdam
Geschreven voor Babybytes door L. Ward, werkzaam als gecertificeerd intensive care neonataal verpleegkundige.
Gerelateerde topics