De taalontwikkeling bij een dreumes: hoe gaat dat?
- Redactie
- in Kinderen
- 4
- 27942
- 16/04/2022
Mijn zoon was een late prater. Pas een maand voor zijn tweede verjaardag ging hij woorden uitspreken en vanaf dat moment ging het razendsnel. Maar voor die tijd heb ik me regelmatig afgevraagd hoe dat nu gaat: de ontwikkeling van taal bij dreumesen. Hoe snel ontwikkelen de meeste dreumesen zich op taalgebied? En wat kan je doen om de taalontwikkeling van je dreumes te stimuleren?
Losse woorden
Als een kind net één jaar is geweest, kan die misschien al enkele woorden zeggen. ‘Papa’ of ‘mama’ zijn vaak populaire woorden om voor het eerst bewust uit te spreken. Het kan echter ook zo zijn dat een net eenjarige nog helemaal geen interesse heeft in het uitspreken van echte woorden. Ook als ze pas rond achttien maanden hun eerste, bewuste woordje uitspreken, is er nog sprake van een normale taalontwikkeling. De gesproken taal beperkt zich in de eerste fase tot enkele woordjes of tot enkele klanken die op woorden lijken. Met ‘a-to’ wordt dan bijvoorbeeld ‘auto’ bedoeld. De actieve woordenschat breidt zich vervolgens snel uit. Je kind zal proberen woorden na te zeggen en pakt veel meer op dan je misschien zou denken.
Lees ook
Hoe praat je met een baby?
Passieve woordenschat
Want ook als je kind nog niet direct hele volzinnen spreekt of überhaupt lang weigert te praten, kan het zo zijn dat hij of zij wel degelijk over een goede woordenschat beschikt. Het gaat hier dan vaak om de passieve woordenschat, de woorden die een kind wel kan verstaan, maar niet kan (of wil) uitspreken. Het zal je soms verbazen hoeveel je dreumes al begrijpt van wat je te zeggen hebt. “Lieverd, waar is je beker? Ga je beker maar even pakken!” veel dreumesen begrijpen al wat de bedoeling is en gaan over tot actie. De passieve woordenschat breidt zich in het tweede levensjaar van je kind steeds verder uit. Als je kind zo’n 50 woorden begrijpt, gaat het daarna enorm snel. Soms leert je kind per dag (!) wel zes nieuwe woorden bij!
Twee-woordzinnen
Als een kind enkele woordjes onder de knie heeft, kan het die combineren door er twee-woordzinnen van te maken. Dit kan je zien vanaf ongeveer achttien maanden en is afhankelijk van de actieve woordenschat van je kind. Je zult merken dat je kind niet alleen maar meer ‘fiets’ zegt, maar er nu ‘mama fiets’ van maakt, om duidelijk te maken dat ‘ie met mama op de fiets wil of dat mama er aan komt op de fiets, ofzo. Kinderen van deze leeftijd spreken altijd over situaties die nu gebeuren. Als een dreumes van anderhalf het woord ‘drinken’ uitspreekt, betekent het hoogstwaarschijnlijk dat die nu wil drinken, niet dat ‘ie het drinken van gisteren zo lekker vond. Dat wetende, helpt wel met verstaan wat je kind precies zegt.
Stimuleren
Als betrokken ouder ben je natuurlijk erg benieuwd naar jouw rol in de taalontwikkeling van je kind. Die is vrij groot, je kind leert namelijk veel als die in een taalrijke omgeving verkeert. Wat kun je precies doen om je dreumes te helpen bij deze bijzondere ontwikkeling?
- Praat veel met en tegen je kind. Vertel hem of haar wat je doet als je ‘m aan het verschonen bent. Vertel over de hapjes die hij of zij eet. Praat over het weer, over de kat die nietsvermoedend langsloopt en over wat je aan het doen bent. Zoals eerder gezegd zijn kinderen van deze leeftijd eigenlijk alleen maar bezig in het hier en nu, dus houd het daar toe beperkt. Er valt genoeg te vertellen over wat er nu gebeurt!
- Er komt een moment dat een kind beseft dat taal een symboolfunctie heeft. Een kind gaat opeens begrijpen dat een woord kan verwijzen naar voorwerpen, emoties of situaties. Je kunt merken dat je kind dit heeft begrepen, als die opeens naar allerlei zaken gaat wijzen. Hij wil dan graag dat jij tot in den treure blijft vertellen wat het allemaal is dat je kleintje zo enthousiast aanwijst.
- Lees veel voor. Het hoeft nog lang geen keiharde literatuur te zijn, dat je je kind voorschotelt. Maar het is wel belangrijk dat je kind in aanraking komt met boeken. Sowieso om plezier in boeken en lezen te ontwikkelen (daar kan je niet vroeg genoeg mee beginnen!), maar ook om de woordenschat van je kind uit te breiden.
- Kinderen vinden het leuk om naar liedjes te luisteren en het zal ze op den duur ook zelf stimuleren mee te willen zingen. Sommige liedjes kunnen een leuke aanvulling zijn op een verhaal dat je hebt verteld (bijvoorbeeld een liedje over een paddenstoel als je net in het bos een paddenstoel bent tegengekomen), en soms is het gewoon leuk om zomaar te zingen. Ook dit komt de woordenschat ten goede.
- Verbeter de zinnen van je kind, maar kraak ‘m niet af! Integendeel, want dan kan je kind bang worden om te praten. Je kind je kind stimuleren de juiste woorden te gebruiken, door het zelf goed uit te spreken. Een voorbeeld: als je kind om ‘tinke’ vraagt, weet jij waarschijnlijk dat ‘ie ‘drinken’ bedoelt. Zeg dan: “wil je drinken?” en herhaal het woord een aantal keer goed. “Hier schat, lekker wat drinken” en “lekker he, even wat drinken?”. Hoe vaker je kind woorden goed hoort, hoe eerder die (als z’n mondmotoriek dat toe laat) geneigd is om het zelf goed uit te spreken.
- Maak het je kind vanaf een bepaalde leeftijd niet al te gemakkelijk. Als moeder ben je al snel geneigd je kind te helpen, dus als die dwingend naar een banaan wijst en ‘die’ zegt, kom jij vaak al opdraven met een bordje banaan. Van een bijna tweejarige mag je best iets meer van je kind verwachten. Laat hem of haar zeggen dat dat ‘ie honger heeft, wil eten of een banaan wil. Door vragen te stellen kun je dit stimuleren. “Ik begrijp het niet lieverd, wat wil je?” “Een appel? Of een banaan?” “Zeg maar: ‘ba-naan’!” En becomplimenteer je kind vervolgens uitgebreid als die iets zegt. Je hoeft hier niet mee door te gaan tot 'ie helemaal gefrustreerd is, maar je kan het best een keer proberen.
Achterstand?
Ieder kind ontwikkelt zich op z’n eigen tempo en waar de ene met tien maanden al loopt alsof die nooit anders heeft gedaan, blijft de ander stug tot anderhalf jaar zich kruipend voortbewegen. Zo werkt het ook met de taalontwikkeling. De meeste kinderen leren tot anderhalf enkele woordjes uitspreken en gaan vanaf dat moment ergens over op twee-woordzinnen. Toch hoef je je geen zorgen te maken als je kind van bijna twee nog geen twee-woordzinnen maakt. Het kan namelijk best zijn dat je kind simpelweg iets later is. Als je merkt dat je kind met de leeftijd van anderhalf a twee jaar nog steeds heel weinig passieve woordenschat beheerst (dus als hij je vaker niet dan wel begrijpt), trek dan even aan de bel bij het consultatiebureau.
In de meeste gevallen valt het mee, komt het vanzelf, hetzij een beetje later. Bij sommige kinderen kan een (serie) bezoekje(s) aan een logopedist een duwtje in de goede richting zijn.
Wil jij graag jouw verhaal over je bevalling, baby, vruchtbaarheidstraject of iets anders delen op BabyBytes? Dat kan via dit formulier. Wie weet staat jouw verhaal binnenkort (anoniem) op de site!
Reageer op dit artikel
reacties (4) Stuur een bedankje