HELP! Ik ben 42 weken zwanger! En wat nu?
- EstherHvW
- in Zwangerschap
- 10
- 42332
- 25/11/2017
“De uitgerekende datum is 2 juni!" Ik hoor het de verloskundige nog zeggen. Ondanks dat er ook bij gezegd werd dat ik niet te veel waarde moest hechten aan die datum, werd het wel mijn uitgangspunt. Om en nabij je uitgerekende datum wordt je baby geboren. Maar wat als het opeens toch een stuk langer duurt?
Op maandag 2 juni zat ik er (hoe naïef) helemaal klaar voor. Laat maar komen! Maar het werd 3 juni… 4, 5 en 6 juni… En er was nog geen baby geboren. Sterker nog, er was geen enkel voortekentje dat mijn kleine beer aanstalten maakte om ter wereld te komen.
Is-ie er nog niet?
Hoewel ik van mijn zwangerschap op dat moment nog nauwelijks last had, was het vooral de druk van mijn omgeving die mijn gevoel deed omslaan. Ik had een bescheiden buik en geen klachten, dus ik wandelde vrolijk door het leven alsof ik een watermeloen onder mijn shirt had verstopt. Vrienden en familie stuurden elke dag berichtjes om te vragen of er al ‘nieuws’ was. Maar helaas, dat was er niet.
Toen ik bijna 41 weken zwanger was, werden sommige berichtjes langzaamaan anders van toon. Ongeruster. Een greep uit de opmerkingen: 'is het wel normaal dat je kindje er nog steeds niet is?' 'Het is toch wel gezond?' 'Gaat alles wel goed?' 'Ik ken iemand wiens kindje is overleden doordat het te lang is blijven zitten, dus pas goed op hoor!' 'Voel je het nog wel goed bewegen?' 'Wanneer gaan ze het halen?' 'Ben je niet bang voor de bevalling?' en 'Je baby is nu vast al zo groot als een orka, en hij moet er nog uit!'
Ondanks dat ik blij was met alle oprechte betrokkenheid en bezorgdheid, zorgde het er ook voor dat mijn eigen houding ten opzichte van mijn zwangerschap veranderde. Waar er voorheen niets aan de hand was, werd ik nu wat banger. Ik raadpleegde Google heel de dag door en van de rampspoedverhalen die je dan opduikelt word je niet erg vrolijk.
Dat duurt wel erg lang, hè?
Toen week 41 aanbrak deed ik nog maar twee dingen: zwelgen in zelfmedelijden en berichtjes van benieuwde familie en vrienden beantwoorden, want die kwamen inmiddels echt de hele dag door. ‘En? Is ‘ie er al?’ De eerste dagen na de uitgerekende datum beantwoordde ik ze met veel liefde en geduld, maar na een week was ik het zat. Als ik een keer een kwartier niet op mijn telefoon keek (hoogzwanger naar het toilet gaan is nu eenmaal geen spoedklus) was iedereen al in rep en roer. De bevalling was vast begonnen! Nope. Helaas. Als een dikke, nijdige, veel te zwangere vrouw sloot ik elke dag af met een huilsessie op de bank in de armen van mijn man. “Haal hem er uit. Ik ben het zat! Boehoehoe.”
Wanneer ben je overtijd?
Bij de verloskundige waren ze gelukkig minder onder de indruk van mijn olifantsdracht. Dat relativeerde een beetje. Volgens hen mocht ik officiëel niet eens spreken van ‘overtijd’ of ‘overdragen zijn’. Dat ben je namelijk pas ná 42 weken zwangerschap. Een zwangerschap tot 42 weken is volgens haar dan ook niets om je zorgen over te maken. Sterker nog: een bevalling tussen de 37 en 42 weken is heel normaal. De kans is groot dat je baby binnen 42 weken geboren wordt. Slechts 6 op de 100 vrouwen is langer dan 42 weken in verwachting.
Toch is het lastig om die uitspraak ter harte te nemen als er nog geen einddatum in zicht is. Zeker niet in combinatie met verhalen over verkalkte placenta’s en gestorven baby’s. In veel andere landen wordt een bevalling standaard ingeleid wanneer de zwangerschap langer dan 40 weken duurt. In Nederland wordt dit pas na 42 weken gedaan, tenzij de zwangere vrouw aangeeft dit eerder te willen.
De wanhoop nabij: Bakerpraatjes
Wie gaat zoeken op internet vindt een hoop ‘tips’ die zouden kunnen helpen bij het opwekken van de bevalling. Ik heb er een hoop van geprobeerd. Hieronder volgt een kleine opsomming:
- Veel lopen. Ik kreeg er geen weeën van, maar het was wel een fijne manier om tijd te verdrijven en mijn gedachtes te verzetten.
- Fietsen over een hobbelige weg. Ik hield er een zeer ‘onderkantje’ aan over. Geen baby.
- Onderbeenmassages. Ja, echt. Er schijnt een plek in je onderbeen te zitten die na stimulatie de bevalling kan opwekken. Mijn mannetje heeft me elke avond zo trouw gemasseerd dat ik er blauwe plekken van had. Maar nog steeds geen bevalling, helaas. Mocht je interesse hebben, bekijk dan hier het filmpje.
- Seks hebben. Leuk voor de man. Hielp niet.
Wat helpt wél?
Hoewel bovenstaande tips niet geholpen hebben, gaf het me in elk geval wel het gevoel dat ik een actieve bijdrage leverde aan de start van mijn bevalling. Dat was tenminste iets. Maar wat helpt wel? Er is helaas geen kant en klaar huis, tuin en keuken wondermiddel. Inmiddels ben ik er redelijk van overtuigd dat een kindje alleen komt als hij/zij er zelf klaar voor is en niet eerder. Wel heb ik bij 41 weken zwangerschap een afspraak gemaakt om gestript te worden én wilde ik graag een extra controle in het ziekenhuis voor mijn gemoedsrust. Hier werd gelukkig door mijn verloskundige direct gehoor aan gegeven.
Wat gebeurt er bij strippen?
De vliezen waarin de baby ‘verpakt’ zit, zitten vast aan de baarmoedermond. Als je gestript wordt, masseert de verloskundige met haar vingers deze vliezen los. Na het strippen maakt je lijf het stofje prostaglandine aan. Dat stofje maakt je baarmoedermond ‘rijper’ en daardoor kán het binnen 48 uur de weeën opwekken. Strippen kan echter alleen als je al een klein beetje ontsluiting hebt. Maar ook daar had mijn lijf nog geen zin in. Drie pogingen tot strippen mislukten, omdat het – en ik citeer – ‘volledig potdicht’ zat. Er zat dus niet veel anders op dan maar weer over een hobbelige weg terug naar huis te fietsen.
Voor degenen die een tweede, derde of vierde kindje baren is er een lichtpuntje. Als het niet je eerste bevalling is, heb je namelijk meestal al standaard één centimeter ontsluiting. Dat betekent dat het strippen dan dus vrijwel altijd lukt. Dat geeft echter geen garantie op weeën en een bevalling.
Extra controle in het ziekenhuis
Voor mijn eigen gemoedsrust plande mijn verloskundige een extra controle in het ziekenhuis in. Daar kreeg ik een elastieken CTG-band om mijn buik en lag ik een tijdje aan de monitor waarop je eventuele weeën kunt waarnemen. Bij mij bleef het schermpje leeg. Nul komma nul weeën. ARGH! Maar de hartslag van de baby was gelukkig prima in orde. Ook mijn hartslag en bloeddruk waren prima. Voor de zekerheid werd er een extra echo gemaakt zodat er gecontroleerd kon worden of de baby nog genoeg vruchtwater had. Dit was ook het geval. Ze stelde ook voor om nogmaals te strippen. Welja, ik voelde me na die eerste pogingen toch al een grabbelton dus die extra poging kon er ook wel bij. Ik maakte met de gynaecoloog alvast een afspraak om de bevalling in te leiden. Ik kreeg uitleg over een ingeleide bevalling en een hoop foldertjes mee naar huis. Het gevoel dat er nu een einddatum aan mijn zwangerschap zat, gaf me wat meer rust. De baby zou sowieso ter wereld gaan komen over een paar dagen!
Hoera, een baby!
Tot een ingeleide bevalling kwam het gelukkig niet. De nacht (om precies te zijn om 2 uur) voor mijn afspraak om de bevalling in te leiden, kwamen mijn weeën op gang. Ik was toen 41 weken en 5 dagen zwanger. Nadat ik al een aantal dagen valse hoop had gekregen door voorweeën, durfde ik me nergens meer op te verheugen. Maar om acht uur ’s ochtends constateerde de verloskundige twee centimeter ontsluiting. Ik kon haar wel zoenen! Ik was in staat om elke wee te verwelkomen met een bos bloemen en luid applaus. Zo blij was ik dat de bevalling begonnen was. En ook nog eens op een natuurlijk manier! Het wachten werd beloond: die avond om negen uur stipt werd mijn eerste dochter geboren. Eindelijk!
Is/zijn jouw kind(eren) op tijd geboren? Misschien juist te vroeg of te laat?
Wil jij graag jouw verhaal over je bevalling, baby, vruchtbaarheidstraject of iets anders delen op BabyBytes? Dat kan via dit formulier. Wie weet staat jouw verhaal binnenkort (anoniem) op de site!
Reageer op dit artikel
reacties (10) Stuur een bedankje