Toen mijn zoon twee, drie jaar was, was hij geobsedeerd van zijn Cars-autootjes die allemaal netjes op een rij op de bank moesten staan. En daar moesten ze ook blijven staan. Ik kwam er al snel achter dat hij niet de enige was die op die leeftijd zo obsessief bezig was om zijn speelgoed op een rijtje te zetten. Maar waarom doen jonge kinderen dat?
Lego-poppetjes netjes naast elkaar op een plank, autootjes op een rij op de bank, knuffels die op een vaste volgorde naast elkaar op bed zitten. Kinderen zijn dol op het ‘organiseren’ van hun speelgoed.
Ik vond het wel een grappig gezicht als ik mijn zoon daarmee bezig zag. Maar soms was het ook lastig. Vooral als er bezoek kwam en de bank helemaal vol stond met geparkeerde auto’s. O wee als iemand de boel een klein beetje opzij zette! Het zag er allemaal obsessief uit en soms maakte ik me wel eens zorgen, maar toen hij wat ouder werd, deed hij hier niet meer aan en lag het meer overal en nergens. Nu verlang ik soms terug naar die mooie rijtjes speelgoed…
Controle en macht
Anna Shier, een kinderpsycholoog legt uit waarom kinderen soms op een obsessieve manier hun speelgoed ordenen. “Voor sommige kinderen is het op een rij zetten van hun speelgoed gewoon leuk om te doen. Het is voor hen een manier op te zien dat ze zelf hun omgeving kunnen beïnvloeden. Het geeft peuters een beetje het gevoel van controle en macht over hun eigen omgeving.”
Volgens haar hoef je je niet echt zorgen te maken als je kind dit vaak doet. Maar mocht je dat wel doen, “dan kun je altijd even naar de huisarts gaan om dit te bespreken.”
Vindt jouw kind het ook leuk om zijn speelgoed op een rijtje te zetten?
Wil jij graag jouw verhaal over je bevalling, baby, vruchtbaarheidstraject of iets anders delen op BabyBytes? Dat kan via dit formulier. Wie weet staat jouw verhaal binnenkort (anoniem) op de site!
Ze is getrouwd met haar jeugdliefde en moeder van een zoon (2006) en een dochter (2009). Naast haar werkzaamheden voor BabyBytes.nl is ze ook eigenaar van het online platform de Club van ontaarde moeders.
Reageer op dit artikel
reacties (0)