Wat je wel en niet moet zeggen tegen iemand die een miskraam gehad heeft
- Karin
- in Zwangerschap
- 22
- 60600
- 11/12/2017
Een miskraam krijgen is ontzettend heftig en verdrietig, veel verdrietiger dan een hoop mensen zich realiseren. Daarom wil het nog weleens gebeuren dat vrouwen zich niet gesteund voelen door hun omgeving of dat ze opmerkingen naar hun hoofd krijgen die kwetsend zijn of ongepast. Wat je wel en niet moet zeggen nadat je vriendin, collega of wie dan ook een miskraam heeft gekregen.
Niet zeggen
“Je zult nog wel een nieuwe baby krijgen.” – Dat neemt nooit het verdriet weg van dit verloren baby’tje. Al krijgt ze er nog zes: ze zal dít kindje nooit meer voelen, zien, horen of ruiken. En dat blijft altijd verdrietig.
“Ach, het was toch nog geen echt kindje.” – Jij bepaalt niet voor de ander wanneer zij zich een moeder mag voelen. Mag dit pas na de geboorte? Of na vijf maanden zwangerschap? Laat staan dat je bepaalt wanneer zij verdrietig mag zijn. Waarschijnlijk voelde ze zich al moeder vanaf het moment dat ze wist dat ze zwanger was.
“Maar het was toch niet gepland?” – Dat het kindje misschien niet gepland was wil niet zeggen dat het niet gewenst was of dat je als moeder niet meteen een band voelde met je kindje. Dus ook dan zal ze zich verdrietig voelen.
“Gelukkig heb je al twee kinderen.” – Moet ze dan maar überhaupt gaan stoppen met nog een kindje proberen te krijgen? Nogmaals: dat maakt het verlies niet minder erg.
“Aangezien jullie net uit elkaar waren is het maar beter zo.” – Dus twee heftige klappen in een korte tijd is beter dan één? En was ze niet capabel genoeg dan om alleen een kind op te voeden? Hier kwets je haar dus alleen maar mee. Ze is nu twee mensen verloren in plaats van één.
“Je voelt je vast snel beter.” – En hoe weet jij dat? Je kunt wel hópen dat iemand zich snel beter voelt, maar je weet helemaal niet of dit ook zo is.
Lees meer: Zo beeldend zagen we een miskraam nog nooit
Dit kun je wél zeggen
“Gecondoleerd, wat verschrikkelijk voor je.” – Het is fijn als je op zo’n moment merkt dat iemand echt begrijpt dat je aan het rouwen bent omdat je daadwerkelijk je kind verloren bent.
Als je zelf een keer hetzelfde hebt meegemaakt: “Bij mijn miskraam dacht ik dat ik me voor altijd zo ongelukkig zou voelen, maar het werd langzaam minder.” – Zeg niet letterlijk: ik weet hoe je je voelt, want elke miskraam is anders, maar je kunt wel vertellen hoe het verdriet bij jou was. Waarschijnlijk vindt ze het fijn om te horen dat je je weer beter bent gaan voelen, omdat de kans groot is dat dat bij haar dus ook zal zijn na verloop van tijd. Zeg dit overigens niet direct en begin ook niet direct voor jezelf!
“Kan ik iets voor je doen?” – Je kunt haar kindje niet teruggeven maar het kunnen kleine dingen zijn als even een avondmaaltijd voor haar klaarmaken als zij er geen puf voor heeft of boodschappen halen.
En vooral: luisteren. Iemand die een miskraam heeft gehad zit niet te wachten op advies of clichézinnen, maar wil vooral haar verhaal vertellen en uitleggen waarom ze zich zo verdrietig voelt. Luisteren en niet oordelen is hierin heel belangrijk en heel waardevol voor diegene. Als je niet weet wat je moet zeggen kun je ook een knuffel geven of een arm om haar heen slaan.
Heb jij nog tips?
Vaker dit soort artikelen lezen op Babybytes? Like ons dan op Facebook en volg ons op Twitter!
Wil jij graag jouw verhaal over je bevalling, baby, vruchtbaarheidstraject of iets anders delen op BabyBytes? Dat kan via dit formulier. Wie weet staat jouw verhaal binnenkort (anoniem) op de site!
Reageer op dit artikel
reacties (22) Stuur een bedankje