Generaties lang was kinderen opvoeden de taak van moeders. Vaders verdiende het geld en moeders runde het huishouden, inclusief de meute kinderen. De papa’s van toen speelde en stoeide wel met het nageslacht maar zodra de luier begon te stinken of het minimensje begon te huilen werd het snel in de armen van moeders geduwd.
Dat is nu wel anders. De moderne man verschoont hier en daar (met enige onhandigheid) een luier en lepelt gedwee het ene na het andere prakje in het mondje van zijn kind. Mijn opa vond het bewonderenswaardig hoe mijn vriend direct na de bevalling zoonlief op de arm nam en een flesje gaf.
En zojuist trof ik een bezorgde man aan die in zijn boxershort boven het bedje van ons zoontje hing terwijl zoonlief zich de oren van de kop brulde. “Hij heeft het warm. Hij zweet helemaal, niet dat dekentje geven! Is hij niet ziek?” Ik nam kleine man op de arm een wiegde hem zachtjes in mijn armen tot hij zijn hoofd tegen mijn borst aanlegde en zich met een zucht overgaf aan de troostende beweging. Dit tafereel werd door mijn bezorgde vriend met een frons op zijn voorhoofd gadegeslagen en pas nadat ik Kas weer in zijn bedje had gelegd vertrok hij zelf ook naar zijn eigen nestje.
De bezorgde man is een feit. Al een tijdje is de zorgeloze man die ik ooit leerde kennen verdwenen en staat er een permanente rimpel op zijn voorhoofd gegrift. Krijgt zoonlief wel genoeg eten? Kleed ik hem niet te warm aan? Wat zal de ‘slechte’ invloed van het toekomstige kdv zijn? Verwen ik hem niet te veel met al die cadeautjes voor zijn verjaardag? Allemaal vragen die hem, naast de zorgen van het werk, ’s nachts wakker houden.
Hij vreest de dag dat hij een dochter krijgt, omdat zijn zorgen dan alleen maar verdrievoudigen. Zo wees hij tijdens mijn zwangerschap in de Hema een klein zwarte kanten stringetje aan en zei: “Daarom ben ik blij dat ik een zoon krijg!”. Hij zou ook blij geweest zijn met een dochter, maar de dingen die we samen hebben uitgespookt staan nog vers in zijn geheugen gegrift en het idee dat een potentiele dochter misschien wel op mama lijkt, baart hem nu al zorgen.
En toch ben ik zo blij met mijn vriend als vader. Niet alleen omdat zijn genetische bijdrage tot mijn geweldige kindje heeft geleid, maar ook omdat het een echte vader is. Soms voel ik die vlindertjes weer als ik ze ’s ochtends in bed zie liggen, allebei zeer verdiept in de avonturen van de dieren van de biba-boederij op de I-pad. En ik ben positief verast als hij mij zijn online winkelwagentje laat zien dat vol ligt met leuke kleding voor Kaspar.
Hij verheugd zich op het moment dat hij en Kas samen in het zwembad kunnen ravotten, dat ze kunnen wandelen en voetballen. Hij kijkt uit naar het moment dat Kaspar oud genoeg is voor lego zodat ze samen hele steden kunnen bouwen met bontgekleurde blokjes.
Moederliefde is concept dat veelvuldige geprezen en beschreven is. Maar de liefde van de vader, hoewel misschien iets minder expliciet, doet er zeker niet voor onder. Hulde aan de vaders! En voor deze ene keer een speciale hulde voor de vader van mijn zoon!
reacties (0)