‘Je bent net Monica uit Friends’ wordt mij verweten door meneer panini. ‘Je laat niemand aan de kerstboom zitten, alleen jij mag er dingen inhangen. Je lijkt wel een soort neuroot’ zegt hij beteuterd terwijl ik een snoer lampjes uit zijn handen trek. En het klopt wel, als het aankomt op de kerstboom ben ik lichtelijk dwangmatig. De ballen en lichtjes horen gelijkmatig over de boom verdeeld te worden en dat is tenslotte iets wat ik, en ik alleen, het beste kan. Mijn eigen moeder is net zo. Hoewel ik wel altijd goed was voor het verslepen van een Nordmanspar op de bagagedrager van mijn fiets, moest ik verder van haar kerstboom afblijven. Ik laat de heren bezweren van mijn boom af te blijven terwijl ik de hondjes uitlaat, maar als ik terug kom zie ik dat er toch twee uiltjes in mijn boom hangen. Ik strijk met mijn hand over mijn hart en laat de vogeltjes op hun plekje hangen.
Mijn ogen dwalen af naar de grond waar de kerstkribbe ondertussen ook al staat. “Kas heeft de kribbe naar eer en geweten ingericht” wordt mij medegedeeld. Ik zie het kindeke Jezus gecentreerd in stal en naast hem knielt de heilige maagd in haar blauwe gewaad. “Dat is Menina!” zegt Kas terwijl hij naar het gipsen vrouwtje wijst. Jozef is verbannen naar het achterkamertje en moet het doen met het gezelschap van de herder en de schapen. Verder valt op dat de drie koningen vrij dicht op de kribbe staan. “Dat zijn hele belangrijk iemanden!” zegt Kas al wijzend op Balthasar en zijn metgezellen. Kas is gevallen voor de pracht en praal van de wijzen en heeft ze daarom vrij dicht rond het pasgeboren kindje geplaatst waarvan hij giechelend constateert dat deze in zijn blootje in voerbak ligt. We laten de opstelling maar voor wat het is en genieten van de originele inrichting.
Een paar dagen later zie ik dat er een waar slagveld is aangericht in de kerststal. Een grote rode mini heeft zich via de zijkant van de stal een weg naar binnen gebaandt en alle deelnemers liggen troosteloos op de grond. Het verschrikkelijke ongeluk heeft veel slachtoffers gemaakt maar de zoon van God lijkt gelukkig gespaard gebleven. Maar wanneer ik het naargeestige tafereel van dicht bij bekijk blijkt het tegendeel waar. De Messias heeft voortijdig zijn hoofd en linkerarm verloren. Het rompje ligt nog steeds netje in de kribbe maar het hoofd en de arm zijn spoorloos verdwenen.
Kas kan mij ook geen verder uitleg bieden. Grote ogenschijnlijk onschuldige ogen kijken mij aan als ik vraag wat er is gebeurd met de baby. Verder dan “Zijn kop is er af” komt hij niet en de impact van deze heiligschennis lijkt niet tot hem door te dringen als hij zich nonchalant weer op zijn auto’s stort. Het leger aan pauzen wat zich in de Roomse catacombe omdraait is voor mij bijna voelbaar bij deze godslastering.
Deze kerst zullen we het moeten doen met de romp van Christus en voor volgend jaar misschien opzoek naar kindvriendelijke plastic variant van de hoofdfiguren in het kerstverhaal.
reacties (0)